HomeOver de clubOverzicht botenEllyda

Ellyda

Iversen, bouwjaar onbekend – 6,70 x 1,75 x 0.40 meter

Sorry, deze content is alleen bedoeld voor leden van de Zweedse Klassiekers Club. Log in als je een lid bent of meld je aan als lid.

Specificaties

 

Informatie

Ik heb in het begin nogal wat tijd besteed aan het achterhalen van de geschiedenis van het type boot. Via een aantal Zweedse websites kwam ik terecht bij Anders Vaernéus, die me doorverwees naar Tomas Iwanowski (mede-auteur boek Pettersson boten). Een andere lijn liep via Tomas Fridstrom, die me een link met een brochure uit 1935 doorstuurde waar mijn boot dus instaat. Aan de hand van een aanvankelijk onleesbaar plaatje op het kajuitluik, bleek – na enig polijsten met staalwol – dat het om een Archimedes uit Stockholm gaat. Archimedes was een buitenboordmotor fabrikant, die later werd opgekocht door Penta en uiteindelijk Volvo Penta werd. Om de verkoop van Archimedes buitenboordmotoren te stimuleren, liet men destijds een serie houten boten ontwerpen en bouwen die onder de vlag van Archimedes werden verkocht. Het blijkt dat mijn boot een Rufbat typ A is 6,75 x 1,65 m met een eiken frame, grenen onderwaterschip en Honduras mahonie opbouw/dek. Stefan Iwanowski vertelde dat dit geen Pettersson maar een Iversen ontwerp is, zie ook www.swedishclassicboats.ning.com/photo/archimedes.

Zoals gezegd ben ik dus in juni 2012 begonnen met een plek zoeken, plannen en historie onderzoeken. Pas in september is het echte werk begonnen in een schuur bij een boer bij ons in Eemnes. Een houten schip restaureren was altijd een wens van me, maar tijdgebrek maakte dit lange tijd onmogelijk. Toen het in 2011 wat rustiger werd ben ik begonnen met een cursus bij de Boat Building Academy in Lyme Regis voor de beginselen. Veel gelezen daarna en van 2005 tot 2007 de restauratie van onze eigen motorsloep ervaren (tweemotorige kajuit tender van 34′ bij 9’6″ uit 1936) in Engeland. Dat werd weliswaar door derden gedaan, maar ik heb er veel van geleerd.

Aan de slag met de boot

Ik dacht in een paar maanden klaar te zijn met dit Zweedse avontuur; schoonkrabben, schuren en dan goed in de verf zetten, maar al gauw bleek het heel wat meer werk te zijn. Nu was tijd niet mijn beperkende factor en de wil om er veel van te leren zeker een doel. In een eerdere restauratie, die de naam eigenlijk niet verdient, is er nogal wat met PUR-schuim aan elkaar gelijmd in deze boot. Met mijn nieuwe Fein multimaster en een scherp snijblad krijg je dat er dan ook weer snel uit.

De twee dek vleugels bijvoorbeeld die dan weer de rot aan de bovenste mahonie huid/kajuit planken hebben opgevuld. Alles zat met spuug aan elkaar en wat ook opviel was dat de schroeven die nog origineel leken te zijn, zo aangetast waren dat ze nauwelijks meer houvast boden. Een veelheid aan gegalvaniseerde en geelkoperen schroeven heb ik eruit gedraaid/geboord en anderszins. Kit verwijderd en met solide Bijlard constructiesealer 90 of Sikaflex weer gemonteerd met bronzen schroeven onderwater of rvs bovenwater.

Aan bak- en stuurboord waren de einden van de kielgang dusdanig beschadigd dat vernieuwing nodig was. De volle planken waren in orde, dus is besloten slechts de uiteinden te vervangen. Door de sterke ronding/draaiing van de romp op die plek was het nodig om het nieuwe hout te stomen om zo de vorm te benaderen. Met een behangstomer, een pvc buis en wat koperen dwarsliggers heb ik toen een stoomapparaat gefabriceerd. Resultaat, zie de foto’s hieronder, is – dunkt mij – acceptabel.

Het achterdek zat met het zelfde PUR-schuim aan elkaar en met een schroevendraaier kon je er aardig in peuteren. Daarom de hele boel gedemonteerd en de rotte stukken eruit gehaald.

(Tip: altijd alles zoveel mogelijk in hele stukken demonteren en bewaren om te kunnen dienen als referentiemateriaal bij het vervangen.) Niks is recht in dit deel van de boot dus veel passen en meten en schaven om tot de goede vorm te komen. Aan BB en SB zijn de stringers voor een deel vervangen met een mooie rabat-verbinding, gelijmd met Ceta Bever twee componenten constructielijm en daarna met koperen klinknagels en rvs schroeven weer gemonteerd. De bun die aan de binnenkant van de spiegel was gemonteerd was gebarsten en lekte stevig. Het hele ding gedemonteerd, uit elkaar gehaald, gelijmd en met nieuwe eiken verstevigingslatten en nieuwe schroeven weer in elkaar gezet, 4 lagen Epifanes lakolie erop en dat is weer klaar voor de montage. Zijdekken waren verweerd maar in orde, dus nieuwe proppen in oude uitgelubberde schroefgaten; dekbalken vernieuwd; alsook het mahonie tussendek dat uit stroken was opgebouwd met ruimtes van tot 10 mm met kit ertussen. Nieuwe stroken met minimale tussenruimte liggen klaar om met Sikaflex dekrubber te worden gemonteerd.

Toen het achterdek gedemonteerd was, bleken de beiden eiken knieën ook aangetast, dus die zijn inmiddels opnieuw gemaakt uit een groot blok eikenhout. Tussendoor ben ik druk bezig geweest met het schoonmaken van de kuip en de kajuit. De kuip lijkt besmeerd te zijn met iets teerhoudends, onder de vlonders over een laag loodmenie heen. In de kajuit lijkt het een mengsel van hars, ooit verdund met terpentijn, dat zij beste tijd heeft gehad, maar bij verwijderen met afbijt nog één keer opspeelt. Na twee tot drie behandelingen met afbijt ziet het er een stuk beter uit.

De spanten zijn een verhaal op zich. Mooi eikenhout en glimmende klinknagels, die eigenlijk het best zo deel uit zouden moeten maken van het eindplaatje. Om de boot een nieuw leven te geven is een goed kleurenschema belangrijk. Ik weet dat de meeste Zweedse houten schepen slechts blank gelakt worden, ook om het hout goed te kunnen laten zien, maar wij overwegen toch om hem van binnen wit (Mediteranean White) met blanke spanten en licht grijze vlonders en van buiten dat zelfde wit met een fel blauw onderwaterschip en een antraciet waterlijn te schilderen. De beplanking is in prima staat en dat kan goed gedocumenteerd worden zodat het overschilderen niet lijkt op een cover-up.

Motor

Ik kocht de romp en een aantal losse onderdelen. Dit alles inclusief een langstaart Archimedes Penta 3 cylinder 40 pk 2-takt, die je nauwelijks in running order kunt noemen, alhoewel de as en prop wel ronddraaien. Op Marktplaats vond ik in België een gereviseerde Volvo Penta 40 pk gewone staart 3-cylinder 2-takt, die ik voor een paar honderd euro overnam. Duidelijk de opvolger van de Archimedes. Om ervaring op te doen is het plan om eerst de oudere motor gedeeltelijk te demonteren om de nieuwe beter te kunnen begrijpen. Plannen genoeg!

Groet

En mijn ‘andere boot  WHITE ROSE  een Engelse tender uit 1936, gebouwd in Paignton / Devon



WordPress website gemaakt door Boon Webdesign